Soms vind je iets op een plek, waar je niet verwacht had iets te vinden. Of waarvan je überhaupt niet had voorzien dat het op je pad zou komen. Soms zoek je ergens, om iets aangereikt te krijgen vanuit een andere hoek. Dit wordt serendipiteit genoemd. Een interessant fenomeen, want is het dom geluk dat iets waardevols plotseling zijn weg vindt naar jou, of is je eigen beoordelingsvermogen en kennis toch in het spel?
Serendipiteit wordt door de Amerikaanse onderzoeker Julius Comroe omschreven als;
“het zoeken naar een speld in een hooiberg, en eruit rollen met een boerenmeid”.
(Julius Comroe, in Retrospectroscope: Insights into Medical Discovery, 1977).
Een mooie metafoor, als je het mij vraagt. Je zoekt je het ongans en vindt eigenlijk iets veel mooiers, of beters. Iets wat je niet had verwacht. Maar is dit volledig gebaseerd op toeval? Op geluk? Of hebben we zelf invloed op dit proces?
Serendipiteit draait niet alleen om geluk hebben.
Serendipiteit behelst volgens Comroe het vermogen van alerte geesten om bij toeval ontdekkingen te doen. De ontdekking wordt dus bij toeval gedaan, maar dit is wel het gevolg, een vermogen, van alerte geesten. Van volledige toevalligheid of ‘geluk hebben’ kunnen we dus niet spreken.
Het woord werd geïntroduceerd in het Engels, ‘serendipity’, door Horace Warpole in 1754. Hij gebruikt het woord in een brief, waarin hij schrijft over een verhaal dat hij heeft gelezen; het Perzische sprookje ‘De Drie Prinsen van Serendip’. “Als deze Hoogheden reisden, deden ze steeds ontdekkingen, door toevalligheden & scherpzinnigheid, van dingen waar ze niet naar op zoek waren.” (Horace Warpole, brief, Londen 1754).
Wanneer onze geest niet scherpzinnig zou zijn, zouden we onszelf niet in staat stellen zulke onverwachte ontdekkingen te doen.
Over serendipiteit is uitvoerig geschreven en het wordt gekoppeld aan vier verschillende domeinen: de wetenschap, techniek, kunst en het dagelijks leven. Binnen de wetenschap wordt serendipiteit verklaard als de ontdekking van iets dat al bestond, maar nog niet was beschreven, verklaard of voorspeld.
Serendipiteit wordt op technisch gebied omschreven als het komen op iets dat nog niet bestond (denk aan de uitvinding van het prototype voor de fiets, de vélocipède van Drais). In de kunst wordt iets fascinerends geschept, dat nog niet bestond. Maar in het dagelijks leven laat serendipiteit zich tevens vaak zien. We vinden iets waarnaar we niet zochten. Misschien zochten we wel, maar in een andere hoek. Op een andere manier. Hadden we onze ogen niet open voor andere mogelijkheden.
Wanneer je er niet naar zoekt, kan het onverwachte je overvallen.
Maar dit gebeurt niet zomaar. Je moet open staan, alert zijn, wil je deze wending of ontdekking een kans kunnen geven. Voor serendipiteit worden over het algemeen twee verklaringen gegeven:
- ‘een toevallige en onbedoelde vondst van iets nuttigs terwijl de zoeker er niet naar zocht of naar iets anders zocht’
- ‘de capaciteit om op een intelligente manier maar op basis van toeval iets te ontdekken waarnaar men niet op zoek was’.
Een interessant gegeven, want veel ontdekkingen binnen de wetenschap, de techniek en de kunst worden dus ‘toevallig’ gedaan, maar dat betekent nog niet dat ze ‘zomaar’ werden gedaan. Het is eerder een kwestie van ‘toevallen’ dan van ‘toevalligheid’: het betekent dat de ontdekking de vinder ‘toeviel’ terwijl hij op zoek was naar iets anders.
We moeten de term ‘toevallig’ dus eigenlijk niet opvatten in de betekenis van ‘willekeur’, maar als iets dat (zich) ‘toevallig aandoet’, terwijl er wel een bepaald systeem achter schuilt.
“Voor serendipiteit moet je niet alleen oog hebben voor het onverwachte maar ook voldoende kennis van en kijk op de zaak hebben om te kunnen beoordelen of dat onverwachte ook echt ‘onbekend’ is. Verder moet je in staat zijn te verzinnen wat het zou kunnen betekenen en dat vervolgens overtuigend, dus wetenschappelijk juist, te toetsen en te publiceren. Je moet daar niet alleen de middelen voor hebben, je moet het ook doen, en dan moet het nog lukken ook.”
(Pek van Ankel, Serendipiteit: de ongezochte vondst, in The Optimist, Magazine Issue 13 maart/april, 1997).
Dat vinden waarnaar je eigenlijk niet zocht, maar wat je ontzettend veel blijkt te brengen.
Met serendipiteit heb ik ook meer dan eens te maken gehad. Het is moeilijk in woorden te vatten wat er nu precies gebeurt wanneer je het hebt over hoe het voor jezelf was, maar verrassend en bevredigend is het eigenlijk altijd geweest.
Zo zocht ik al een aantal maanden naar een baan. En ik zocht eigenlijk best breed. Wel ligt mijn faalangst altijd een beetje op de loer en heb ik de neiging te bescheiden te zijn, dus wanneer het niet gelijk lukt een functie te veroveren die op je niveau is, stel je je standaard bij. Ga je lager inzetten. “Dan doe ik dit wel, dit kan ik sowieso.”
Ik zocht binnen het veld van kunst en cultuur: kunstorganisaties en hogescholen, maar ook naar een mogelijkheid om teksten te schrijven voor een instantie. Ik richtte mijn pijlen op een vacature. Een prachtige sollicitatiebrief had ik geschreven, ik voldeed aan alle vereisten, een leuke omgeving en een uitdagende functie. Mijn hoop was gevestigd. Maar nog voordat ik een reactie ontving, kwam er iets op mijn pad.
Ik sprak een bekende, haar bedrijf was op zoek naar iemand die goede teksten kan schrijven, kaas heeft gegeten van public relations en een flinke visie heeft. Twee dagen later zat ik in mijn colbertje, met mijn portfolio voor de neus, aan de tafel met de directeur. En ineens was ik binnen. Ook al past de functieomschrijving heel goed bij waarnaar ik zocht; ik had nooit verwacht uit deze hoek iets te horen. De bedrijfshoek. Werken op kantoor, meewerken aan de marketing voor het op de markt zetten van een nieuw product. En guess what? Het blijkt me ontzettend goed te liggen. Ik heb er ontzettend veel plezier in, ik doe wat ik goed kan en ik help alles in zo goed mogelijke banen te leiden. Dit bedrijf is de boerenmeid waarmee ik uit de hooiberg ben gerold.
Zoeken doen we vaak heel gericht en daarom kan een nieuwe vondst zo verrassend zijn.
“Serendipiteit is de kunst van loszittende oogkleppen. Een serendipitist draagt ook oogkleppen als hij onderzoekt, maar zet die eerder af als hij een verrassende waarneming doet, om deze juist te duiden.”
(Pek van Andel, in een voordracht tijdens het Studium Generale, Universiteit Maastricht, 2013).
Een verrassende waarneming overvalt je, maar ik vind het een mooi idee dat dit niet zomaar gebeurt. Dat dit niet voortkomt uit volledige willekeur. Want een dusdanige waarneming of wending doet zich aan wanneer je actief bent, wanneer je al zoekt. Je ontdekt iets dat je is toegevallen, omdat je opmerkzaam bent. Dus nee, van willekeur of volledige toevalligheid is niet te spreken. Opmerkzaamheid, alertheid is belangrijk.
‘Readiness is all!’ zei Hamlet ooit. En wanneer je klaar bent, op een actieve manier in het leven staat, zoekt naar mogelijkheden en interessante kansen, valt je misschien ineens iets toe waarop je niet gerekend had. Iets wat je niet had verwacht, maar wat je veel meer prachtigs te bieden heeft dan dat waarnaar je eigenlijk dacht te zoeken. Want uiteindelijk is het niet de speld die we willen. De boerenmeid heeft ons veel meer moois, nieuws en uitdagends te bieden!