Recensie: Het verdwijnen van Robbert – Robbert Welagen

Verdwijnen is best moeilijk. Je kunt wel weggaan, maar je bestaat nog steeds. Na het verschijnen van zijn debuutroman ‘Lipari’ besluit Robbert Welagen te verdwijnen. Hij verkoopt zijn spullen, haalt al zijn geld van zijn rekening af en stapt op de trein naar Duitsland. Eenmaal in Duitsland aangekomen, in het slaperige dorpje Rohen, valt al een deel van Robbert zijn plan in duigen. Om echt goed te kunnen verdwijnen, wil hij een andere naam aannemen, maar dit gaat niet zo makkelijk als hij had gedacht. Sowieso valt dat hele verdwijnen tegen. Aanvankelijk is alles magisch, want een ei bakken deed hij thuis ook al, maar nu bakt hij een ei terwijl hij verdwenen is. Helaas verdwijnt de magie snel als zijn geld opraakt en hij aan het werk moet. Daar zijn Duits niet zo goed is, kan Robbert alleen maar simpel werk doen. Dus gaat hij braaf elke ochtend naar de fabriek in Rohen, vouwt dozen en stapelt deksels. Buiten het werk doet hij niet zoveel. Hij leest wat, eet en wandelt. En hij denkt terug. Aan zijn broer, zijn ouders en aan Chloe. Chloe is zijn beste vriendin, al jaren. Maar liever had hij gewoon een relatie met haar gehad. In plaats van dat Chloe overstag ging voor zijn argumenten, trouwde ze met iemand anders. Zijn broer zou vader worden. En ook zijn ouders namen genoegen met het middelmatige leven dat men na de jeugd gedwongen is te leiden. Robbert niet. Al als kind had hij maar een wens; onzichtbaar zijn. Maar onzichtbaar zijn en verdwijnen is een hele opgave als je bestaat. Dit boek gaat dan ook...read more

Boekrecensie: Mooie Antonio – Vitaliano Brancati

‘Mooie Antonio’ verscheen al in 1949 en groeide uit tot een klassieker. Dit jaar bracht uitgeverij Athenaeum een nieuwe Nederlandse versie op de markt van deze Italiaanse roman en ik heb werkelijk gesmuld. Passie, liefde, drama, roddels en intriges… En als kers op de taart hysterische Italiaanse mannen die maar aan een ding kunnen denken. In heel Catania, een plaats op het eiland Sicilië, is niemand zo mooi als Antonio. Zelfs als kind was hij al zo mooi, dat het dienstmeisje liever zichzelf openkrabte, dan toegeven aan haar wellustige gevoelens. Als hij naar de kerk gaat, luistert geen van de aanwezige meisjes en vrouwen naar de preek, ze kijken allemaal naar Antonio. Zijn moeder weet zich geen raad met al deze aandacht voor haar zoon en vraagt huilend aan Pater Giovanni wat ze met deze toestanden moet. Haar zoon vraagt hier immers niet om, hij is lief en innemend en heeft geen flauw idee hoe het komt dat elke vrouw zo heftig op hem reageert. De enige oplossing die Pater Giovanni kan bedenken, is dat moederlief maar moet bidden dat God Antonio snel tot zich neemt, zodat hij niet langer vrouwen kan verleiden te zondigen. Dit gebeurt gelukkig niet. Wel groeit Antonio in volledige gezondheid op en vertrekt naar Rome om te studeren. Ook in Rome vallen alle vrouwen in katzwijm als ze Antonio voorbij zien komen. Het is in zijn huis dan ook een komen en gaan van vrouwen, van jong tot oud, van plattelandsmeisjes tot vrouwen van adel. Zijn vader besluit hem terug te halen naar Catania om hem met de mooie en hooggeboren Barbara Puglisi. Aanvankelijk...read more

Boekrecensie: De rode loper – Thomas Rosenboom

Sommige mensen hebben het twijfelachtige talent om wel te leven, maar niet te bewegen. Lou Baljon is zo’n iemand. Zo imposant als zijn postuur is, zo nietig zijn zijn ambities en dromen. Zijn vriend Eddie heeft daarentegen wel grootse dromen maar beseft dat je in je leven niet altijd krijgt wat je wilt. Eddie en Lou hebben beiden geen vrienden op de middelbare school. Tot ze elkaar ontmoeten op de laatste examendag en ontdekken dat ze iets gemeen hebben. Hun schoolgenoten gaan allemaal studeren, maar Lou en Eddie hebben andere ambities; ze willen allebei een uitkering. Niet omdat ze lui zijn, integendeel, maar door in de bijstand te gaan, kunnen ze hun dromen verwezenlijken. Lou wordt roadie bij de Arnhemse band Shout en Eddie gaat bij zijn vriendin op kamers in Zevenaar en wil journalist worden. Eddie wordt inderdaad journalist. Sterker nog, hij wordt zelfs hoofdredacteur voor het plaatselijke sufferdje. Niet de grote journalist die hij had gehoopt, maar dit is goed genoeg. Zelf vergelijkt hij het leven graag met zijn dertiende verjaardag; hij wilde heel graag een gitaar en op gitaarles, maar hij kreeg een ukelele. Zelfs een mooie ukelele is geen gitaar. Eddie is niet echt gelukkig, maar hij legt zich er bij neer. Hij verdient geld, is getrouwd met Riet en woont in Zevenaar, waar haast iedereen getrouwd is en werkt voor zijn geld. Eens in de zoveel tijd zoekt hij Lou op, die inderdaad als roadie aan de slag is gegaan bij Shout. Hij neukt met groupies, zit altijd in de repetitieruimte en is min of meer een beroemdheid in Arnhem, omdat de opbouw van...read more

Haruki Murakami – De jacht op het verloren schaap

Sssst. Zie je dat? Daar, dat meisje. Kwijlend van gelukzaligheid in een hoekje met een stapel boeken van Murakami. Volgens mij is dat Judith, vroeger was ze sociaal en gezellig, nu is ze een monomane Murakami-verslindster. Eeuwig zonde. Het is waar. Ik ben verslingerd, verslaafd, compleet hooked. En ergens vind ik het wel leuk, ik heb nooit eerder een ding gehad. Op de middelbare school hadden bijna alle meisjes in mijn klas een ding en ze deden niets anders dan daar over praten, hun agenda’s volkalken met plaatjes en uitspraken gerelateerd aan hun ding en proberen andere mensen te overtuigen van het hoe en waarom van hun ding. Met soms ruzies als gevolg, want Nick was écht wel leuker dan Howie uit de BackstreetBoys en een verzorgpony was toch niet hetzelfde als écht een eigen paard hebben. Tienermeisjes met vuur in hun ogen en een blinde liefde en passie voor hun ding. Nu ruim tien jaar later (auw) begrijp ik eindelijk wat zij voelden. Gasten krijgen meteen mijn stapel Murakami’s op schoot gedumpt en als ze nog niet van hem gehoord hebben, vertel ik ze alles wat ze moeten weten en als ze niet enthousiast genoeg reageren, ben ik gekwetst. Haruki Murakami is God en ik ben zijn grootste volgeling. Als Hij me vraagt om op zondagochtend alle deuren langs te gaan om Zijn woord te verkondigen, zou ik het subiet doen. Opeens heb ik alle respect voor Jehova’s Getuigen. (Maar ik ben niet dweepziek, echt niet.) ‘De Jacht op het Verloren Schaap’ is Murakami’s eerste internationale roman. De twee romans die hij schreef voor dit boek, zijn alleen...read more

Haruki Murakami – Kafka op het Strand

Hnnng. Afgelopen week heb ik een beetje mijn snor gedrukt met als gevolg dat ik nu het hele weekend moet werken. Ik moest namelijk potentiële adverteerders mailen, leuke nieuwe columnschrijfsters informeren over hun werkzaamheden voor PiBu, het gebruikelijke huishouden doen en sociale dingen met mensen. Ik heb geen van allen gedaan, want zodra ik thuis kwam van m’n werk verdween ik. Maandagavond maakte ik namelijk de fout om te beginnen aan een vuistdikke roman, die ik met veel pijn en moeite weg kon leggen. De titel van deze log verraad het al; ik was weer compleet bevangen door de wondere wereld van meesterschrijver Haruki Murakami. Allemaal de schuld van de Nieuwe Revu, die vlak achter elkaar twee recensies plaatste van boeken van Murakami en deze -geheel terecht- beloonde met vijf sterren. Hierdoor begon alles weer te kriebelen en voor ik het wist zat ik midden in de wereld van Kafka Tamura, Oshima, mevrouw Saeki, Hoshino en de wonderlijke Nakata. Net als in HBWEHEVDW lopen er in ‘Kafka op het strand’ twee verhalen door elkaar, die in een briljant plot samenkomen. Het verhaal begint met de 15-jarige Kafka Tamura die van huis wegloopt, gesteund door De jongen die Kraai wordt genoemd. Hij weet niet waarom, maar hij heeft besloten naar het eiland Shikoku te vertrekken, alwaar hij voor de eerste paar dagen een hotel heeft gereserveerd, daarna ziet hij wel waar hij overnacht. Eenmaal op Shikoku aangekomen, vindt hij al snel zijn draai en ontmoet een aantal wonderlijke mensen die hem helpen met zijn queeste. Eigenlijk is Kafka een gewone jongen, maar de diepgang van zijn gedachten maakt hem een...read more